Het SAMP is de financiële vertaling van de eind 2021 door de gemeenteraad vastgestelde visie openbare ruimte. Het is een theoretische vertaling, op basis van vaste normen. Met het SAMP en de bijbehorende visie openbare ruimte kan de raad de volgende raadsperiode keuzes maken. Tot dat moment rekenen wij met deze voorlopige uitkomsten van het SAMP. Het werkelijk extra benodigde budget kan afwijken van het SAMP vanwege bijvoorbeeld de volgende redenen:
- In de praktijk blijkt de werkelijke levensduur soms langer dan gedacht, waardoor we objecten misschien minder vaak hoeven te vervangen.
- We vervangen niet alle objecten, denk aan betonconstructies of kunst in de openbare ruimte. In die gevallen volstaat dan (levensduurverlengend) onderhoud. Dat is vaak goedkoper.
- Ontwikkelingen in materiaalgebruik en andere innovaties zijn van invloed op de beheerkosten. Dit kan extra geld kosten (bijvoorbeeld strengere eisen), maar juist ook besparingen opleveren (bijvoorbeeld langere levensduur).
- Soms betalen we beheerkosten uit andere middelen, zoals investeringsfondsen. Denk aan het MIPA of het FVA. Ook als we 'werk met werk' kunnen maken, kan dat een besparing opleveren.
- Maar soms vervangen we objecten juist eerder dan nodig, bijvoorbeeld vanwege stedelijke vernieuwing of andere beleidskeuzes. Dat kan dan juist extra geld kosten.
- De investeringen die wij doen kunnen van invloed zijn op het dagelijks onderhoud, maar ook andersom. Als wij minder onderhoud uitvoeren kan het bijvoorbeeld zo zijn dat wij objecten eerder moeten vervangen. Die wisselwerking is financieel nog niet verwerkt in het SAMP.
- We rekenen met het prijspeil van dit moment. Maar de afgelopen jaren hebben we gezien dat juist de prijzen van het beheer en onderhoud extra hard gestegen zijn.
Het SAMP is een nieuw instrument. We gaan daar in 2022 voor het eerst mee werken, en moeten dus ervaren of het in de praktijk zo werkt als wij willen. Op basis van die ervaring zullen wij het steeds verder verfijnen. Ook zal de beheerorganisatie moeten toegroeien naar het nieuwe niveau van werkzaamheden. Onze eigen capaciteit, en ook de capaciteit van onze aannemers, moet dat wel aankunnen. Dat lukt niet van de ene op de andere dag.